Vandaag brachten wij op afspraak een bezoek aan exportverzamelplaats Van den Boogaart in Veghel. Er werden 80 zeugen en enkele honderden biggen verzameld door PALI Group.
Het drijven en laden van de zeugen verliep heel goed. De zeugen werden niet opgejaagd, maar kregen tijd om te lopen. In de drijfgang lag er zaagsel voor een antislip effect en het verminderen van contrasten. Er werd gedreven in relatief kleine groepen (10-12 zeugen). De medewerkers maakten goed gebruik van het natuurlijke gedrag van varkens, liepen niet tegen te stroom in, maakten weinig geluid en waren geduldig. Het laadbordes (in de vorm van een container) was goed verlicht en in hoogte verstelbaar. De zeugen liepen er goed in. Sommige zeugen gingen wat moeizaam de laadklep op, maar de medewerkers bleven hier rustig onder. We willen een compliment geven voor de professionele manier van drijven en lossen.
Over de conditie van de varkens hadden we wel zorgen. Een klein koppeltje zeugen, afkomstig van één bedrijf, was erg vermagerd. Ze aten het zaagsel van de vloer en één zeug bijtte gefrustreerd op de waterbak – vermoedelijk signalen van honger. Verder hadden verschillende zeugen doorligplekken op de schouders. Bij de biggen zagen we vooral navelbreuken. Biggen hebben van een kleine navelbreuk vaak geen last. Maar bij twee biggen waren de navelbreuken erg groot en bij één big was deze ook aangetast. De manager liet weten dat deze biggen daarom geëuthanaseerd zouden worden. Ook waren er rangordegevechten doordat varkens van verschillende varkensbedrijven bij elkaar in één hok komen. Rangordegevechten veroorzaken veel stress omdat zeugen die gebeten worden, niet weg kunnen. We hebben geadviseerd schotten in het hok te plaatsen zodat zeugen die gebeten worden kunnen schuilen, meer ruimte te geven en gebruik te maken van maskerende sprays en goed afleidingsmateriaal, zoals touw, AllBite blocks en een klein beetje smakelijk los voer (CCM). Van den Boogaart heeft al toegezegd naar afleidingsmateriaal en maskerende sprays te gaan kijken.
De zeugen gingen naar een slachterij in Duitsland. Er waren daarom twee inspecteurs van de NVWA aanwezig om de zeugen te keuren voor export. Alle zeugen werden goed bevonden. De biggen werden niet gekeurd omdat ze naar een Nederlandse slachterij gingen. Wel is er op de slachterij een NVWA dierenarts aanwezig.
Sinds 1 augustus 2021 is de keuring strenger geworden. Met behulp van EU richtsnoeren wordt beoordeeld of de conditie van de varkens voldoende is voor transport. Van den Boogaart maakte terecht de opmerking dat één van de nieuwe eisen, om varkens met een navelbreuk groter dan 15-20cm apart te vervoeren, praktisch gezien niet uitvoerbaar is. Voor dierenwelzijn is het separeren en individueel vervoeren van biggen bovendien ook niet wenselijk. Ons inziens zou het beter zijn deze biggen in kleine groepjes (max 10 biggen), met extra ruimte en strooisel, te vervoeren naar de dichtstbijzijnde slachterij.
Verder zijn we van mening dat de NVWA inspecteurs, in het geval van de ernstig vermagerde zeugen, een interne melding hadden moeten doen voor een bezoek aan het herkomstbedrijf. Ook heeft de verzamelplaats hier wat ons betreft een signaalfunctie. Mogelijk is er het herkomstbedrijf immers sprake van verwaarlozing, zijn er serieuze managementproblemen en/of verkeert de varkenshouder in nood.
We willen Van den Boogaart bedanken voor hun uitnodiging en transparantie. We zijn blij dat ze aan de slag gaan met een deel van onze adviezen.