Door: Marjolein van Huik Senior beleidsmedewerker Veehouderij en Madelaine Looije, inspecteur Eyes on Animals
Wat gebeurt er met biggen die niet geschikt worden gevonden om als vleesvarken te worden grootgebracht? Deze biggetjes gaan al heel jong naar de slacht en moeten daarvoor vaak ook nog een lange reis doorstaan. Waarom blijft deze kwetsbare biggen zo’n zware reis niet bespaard? De Keuringsdienst van Waarde (NPO1) besteedde er vanavond (20 januari 2025) aandacht aan. Bekijk de uitzending hier >>

In Nederland worden jaarlijks miljoenen biggetjes geboren. Het grootste deel daarvan is bestemd om vleesvarken te worden, een klein deel wordt later zelf moederzeug. En er is nog een andere categorie: de slachtbig. Dit zijn biggen die om verschillende redenen niet geschikt worden gevonden om als vleesvarken te worden grootgebracht. Het kan gaan om biggen die vanwege een onderliggende ziekte niet goed genoeg groeien of een mankement hebben zoals een navelbreuk, aangebeten staart of dik gewricht. Deze biggen gaan al heel jong naar de slacht en daarvoor moeten zij vaak ook nog een lange reis doorstaan. Als je erover nadenkt absurd en vanuit dierenwelzijnsoogpunt zwaar onwenselijk. Waarom worden deze biggetjes niet in Nederland geslacht en een zware reis bespaard? De Keuringsdienst van Waarde (NPO1) besteedde er recent aandacht aan. Bekijk de uitzending hier >>
Efficiëntie ten koste van varkens
In de varkenssector wordt gewerkt met smalle marges. Om snel en efficiënt te kunnen werken zijn de slachtlijnen gestandaardiseerd en ingericht op het slachten van varkens van ca. 110-120 kg. Veel onderdelen van het slachtproces zijn geautomatiseerd en de apparatuur is niet geschikt voor het slachten van grotere of kleinere varkens. Slachterijen eisen daarom uniforme koppels varkens binnen dezelfde gewichtsklasse. Wanneer de varkenshouder afwijkende dieren aanlevert, wordt hij gekort op de prijs. Biggen die niet goed met de groep mee kunnen groeien of een mankement hebben, heeft een vleesvarkenshouder dus liever niet. Andersom wil een varkensfokker/vermeerderaar geen slechte biggen leveren aan zijn klant.
Toch zijn deze afwijkende biggen er. Een varkensfokker/vermeerderaar kan ze meestal niet zelf op zijn bedrijf blijven houden, want in zijn stallen moet hij plaatsmaken voor nieuwe biggen en het apart houden en grootbrengen van deze biggen kost (te) veel tijd. Daarom verkoopt hij ze als ‘slachtbig’ aan een varkenshandelaar. Deze verzamelt de slachtbiggen van meerdere bedrijven en brengt ze vervolgens naar een verzamelplaats. Daar worden de biggen gesorteerd op gewicht en kwaliteit, waarna ze meestal dezelfde of de volgende dag, maar soms pas enkele dagen later, naar een slachthuis worden vervoerd.

Een deel van de slachtbiggen wordt in Nederland geslacht, maar er wordt regelmatig voor gekozen om de biggen te laten slachten in landen als Spanje, Kroatië en Italië. De slacht- en keuringskosten zijn in deze landen aanzienlijk lager, waardoor het financieel aantrekkelijk is om de biggen levend te exporteren.
In 2023 zijn in Nederland ca. 23 miljoen biggen geboren. Hiervan was 4,1% een ‘slachtbig’, ook wel ‘speenbig’ of ‘restbig’ genoemd. In totaal gaat het dan om 945.600 biggen*. De Dierenbescherming en Eyes on Animals hebben geen gegevens over hoeveel van deze slachtbiggen in Nederland zijn geslacht of naar het buitenland zijn geëxporteerd. Een schatting is dat circa 60% geëxporteerd wordt. De biggen zijn meestal tussen de 6-12 weken oud. Overigens worden er ook heel veel ‘gewone’ biggen geëxporteerd om in het buitenland te worden opgefokt als vleesvarkens en uiteindelijk te worden geslacht. In totaal werden er in 2024 ruim 5,6 miljoen biggen naar andere EU-landen geëxporteerd, waarvan zo’n 2,5 miljoen naar Duitsland en 2,2 miljoen naar Spanje[1].* Bron: Artikel Boerderij 19-4-2024 – ‘Varkenssector gaat opnieuw fors krimpen – Boerderij’ |
De reis naar het einde
De meeste slachtbiggen worden dan ook geslacht in Zuid- of Oost-Europa. Dit betekent voor de slachtbiggen een lange reis met confrontaties met andere varkens, mensen en situaties die ze niet kennen, zoals het laden op de vrachtwagen van de handelaar, het lossen op het verzamelcentrum en het gemengd worden met onbekende biggen (wat kan leiden tot rangordegevechten). Op het verzamelcentrum worden de biggen op gewicht en kwaliteit gesorteerd. Daarna moeten ze enkele uren tot dagen wachten in een onbekende omgeving totdat er genoeg biggen verzameld zijn om de reis te starten. Hierdoor ondervinden de biggen al veel angst en stress voordat de reis begint.
Afhankelijk van de eindbestemming duurt de reis al snel 18 tot 24 uur (zonder pauze, naar bijvoorbeeld Kroatië of Spanje) of twee tot drie dagen (als de eindbestemming Sardinië is). De EU Diertransportverordening nr. 1/2005 staat toe dat een varken 24 uur mag worden getransporteerd. Als na 24 uur rijden de bestemming nog niet is bereikt, moeten de varkens op een rustplaats worden uitgeladen om daar 24 uur te rusten. Daarna mag opnieuw 24 uur worden gereden. Deze cyclus mag eindeloos worden herhaald.
Beperkte bewegingsruimte, hitte en honger
De slachtbiggen reizen samen met onbekende soortgenoten opeengepakt in een vrachtwagen. Dit kan leiden tot rangordegevechten in de vrachtwagen. De dieren hebben maar beperkt bewegingsruimte. De EU Diertransportverordening staat een belading toe van varkens tot 235 kg/m2, met slachtbiggen van ca. 25 kg. Dat betekent dan ruim 9 biggen/m2. Het private kwaliteitssysteem van de Nederlandse vee-transporteurs schrijft een iets betere belading voor van maximaal 6,5 big/m2. De beperkte bewegingsruimte hindert de dieren in het vrij bewegen en comfortabel liggen, maar kan er ook toe leiden dat de dieren hun warmte onvoldoende kwijt kunnen en last krijgen van hittestress.
Volgens de EU-verordening moet de vrachtwagen zijn voorzien van een drinkwatersysteem. De vraag is 1) of alle dieren op de vrachtwagen daarbij kunnen komen en 2) of ze al geleerd hebben hoe dit drinksysteem werkt. Tijdens het transport worden biggen niet gevoerd, zodat hun maag-darmkanaal leeg is wanneer ze geslacht worden. Dit helpt bij het voorkomen van wagenziekte maar betekent wel dat de biggen langdurig hongerlijden. Als de reis zo lang duurt dat de biggen op een rustplaats worden uitgeladen, zouden ze daar, volgens de EU-verordening, gevoerd moeten worden.
Statistieken marktinformatie | RVO.nl
Biggen gaan uit vermoeidheid meestal snel liggen en slapen, maar de continue bewegingen en vibraties van de vrachtwagen, de onbekende geluiden, geuren en indrukken, honger en dorst leiden tot vermoeidheid, misselijkheid, angst en stress en soms tot verzwakking, ziekte of zelfs sterfte.
Houd maatwerk mogelijk!
Varkens zijn geen standaard-eenheden. Het houden en slachten van en verdienen aan varkens, brengt de verantwoordelijkheid met zich mee om ook zorg te dragen voor de individuen die afwijken. Het is onacceptabel dat jonge biggen een reis van één of meerdere dagen moeten afleggen, om op het eindpunt te worden geslacht.
Het is mogelijk om deze biggen gewoon in Nederland te slachten en het biggenvlees te exporteren. Enkele slachterijen doen dit al. Het slachten van slachtbiggen gaat echter gepaard met relatief hoge kosten. Een big levert minder kilo’s vlees op dan een regulier vleesvarken. Bovendien gaat het bij slachtbiggen om relatief kleine aantallen en maatwerk. Slachtbiggen hebben daarnaast afwijkingen, wat betekent dat het slachten (en het toezicht daarop) meer precisie en expertise vereist en tot meer afkeur leidt. Hierdoor drukken de kosten voor slachten en toezicht extra zwaar. Veel slachterijen worden weggeconcurreerd door de buitenlandse slachterijen waar de slacht- en keuringskosten lager liggen.
De Dierenbescherming en Eyes on Animals vinden dat tegen een zo laag mogelijke kostprijs varkensvlees produceren, niet mag leiden tot langdurige transporten van slachtbiggen. Alle varkenshouders hebben wel eens minder goede biggen. Het zou de varkensketen en de overheid sieren wanneer zij zich inspannen om deze kwetsbare dieren in Nederland te laten slachten, zonder tussenkomst van een verzamelplaats. Hetzij door de eventuele meerkosten hiervan gezamenlijk voor rekening te nemen, de slacht- en keuringskosten voor de slacht van deze biggen te verlagen of via een subsidie een compensatie te bieden voor de meerkosten van het verwerken van de niet-standaard varkens. Zo kan voortaan het vlees worden getransporteerd in plaats van de biggen, waardoor deze dieren een lange lijdensweg bespaard blijft.
Belangrijkste bevindingen van Eyes on Animals
Eyes on Animals inspecteert veetransporten, slachterijen en verzamelplaatsen. De afgelopen jaren heeft zij onderzoek gedaan naar het transport en de slacht van biggen. Tijdens deze inspecties in zowel binnen- als buitenland kwamen de volgende zorgwekkende kwesties aan het licht:
- Veel biggen hebben gezondheidsproblemen zoals aangebeten staarten en oren, navelbreuken en dikke gewrichten. Het langdurige gesleep met deze kwetsbare dieren, van boerderij naar verzamelplaats en vervolgens naar slachterijen in Kroatië, Spanje en Italië, is onacceptabel.
- Het transport naar slachterijen duurt vaak tot 22 uur. De totale reis – inclusief het ophalen van de dieren op de boerderij, het vervoer naar een verzamelplaats en de wachttijden daar – is echter nog veel langer. Op verzamelplaatsen wachten dieren soms uren tot dagen, wat hen blootstelt aan hittestress, koudestress en vechtpartijen door beperkte ruimte en het samenvoegen van dieren van verschillende boerderijen.
- Een deel van de slachtbiggen reist via verzamelplaatsen in Noord-Italië helemaal naar slachterijen op het eiland Sardinië. Inclusief de boottocht en de wachttijd op de verzamelplaats zijn deze dieren dagenlang onderweg.
- Op verzamelplaatsen en tijdens het transport ontstaan vaak heftige gevechten doordat biggen die elkaar niet kennen worden samengevoegd zonder voldoende ruimte, schuilplekken of afleidingsmateriaal. Deze gevechten kunnen urenlang aanhouden en leiden tot ernstige verwondingen, uitputting en soms zelfs de dood.
- Bij de slacht worden biggen vaak handmatig elektrisch verdoofd. Door hun kleine en beweeglijke aard wordt de elektrische tang regelmatig niet goed op het hoofd geplaatst, waardoor de verdoving niet effectief is en de biggen veel stress en pijn ervaren. Nieuwe, diervriendelijkere methodes zijn dringend nodig.