Laat in de avond zijn we een truck met kalkoenen gaan volgen die naar het Noordoosten reed. Toen hij uiteindelijk bij een benzinestation in de buurt van Meppel stopte, kregen we de kans om de truck wat beter te bekijken en met de chauffeur te praten. Het was een truck van de firma Mantrans en de chauffeur was zeer beleefd en open tegen ons. Hij vertelde dat hij kalkoenen aan boord had, bestemd voor een slachthuis bij Bremen (Duitsland). De totale reisduur bedroeg 5 uur, het laden van de dieren kostte 1 uur. Hij had semi- ondoorzichtige schermen langs de kanten van de truck om de kalkoenen tegen de de koude wind (de buitentemperatuur was maar 10 graden Celsius) te beschermen. Daardoor was het lastig om naar elke afzonderlijke kalkoen te kijken maar voldoende om te zien dat ze kalm waren en niet overbeladen. De omstandigheden waren veel beter dan bij de Belgische truck met slachthennen, die wij later in de nacht zagen (zie volgende inspectie).
Nederland produceert wel kalkoenen maar heeft geen slachthuizen voor deze dieren, daarom worden alle Nederlandse kalkoenen geexporteerd naar het buitenland.