Nadat wij in 2017 vele dode en zieke geitenbokjes aantroffen bij een mesterij in Brabant, zijn wij gestart met een grootschalig onderzoek naar het welzijn van bokjes.
We zijn nu bijna drie jaar verder en hebben met veel mensen uit de sector gesproken, geitenbedrijven, verzamelplaatsen en slachterijen bezocht en transporten gevolgd. Binnenkort publiceren we onze bevindingen in een uitgebreid onderzoeksrapport.
Vanavond (22 mei, 18:15, NPO1) licht EenVandaag al een tipje van de sluier op over het lot van geitenbokjes en de bevindingen van Eyes on Animals. Zorg dat je de uitzending niet mist!
Bekijk de uitzending live via deze link >
Bekijk de uitzending terug via deze link >
De problematiek van geitenbokjes
Om melk te produceren moet een melkgeit regelmatig lammeren. De helft van deze lammeren is mannelijk. Deze mannelijke lammeren, de bokjes, geven later geen melk en zijn dus “overbodig”.
Met het welzijn van deze bokjes is het slecht gesteld. Geitenkaas is enorm populair. Het bijproduct daarentegen, het vlees van bokken, niet. Bokken leveren (bijna) niets op. Voor de boer is het daarom financieel niet interessant om veel tijd in deze dieren te steken. De meeste melkgeitenhouders kiezen er voor om de bokken, zodra dit wettelijk is toegestaan (7 dagen na de geboorte), af te laten voeren naar de slacht.
Een klein deel van de bokken wordt eerst nog een aantal weken vetgemest. Dit gebeurt op het melkgeitenbedrijf of een bokkenmesterij. In de mesterij is de sterfte enorm: ruim 30% van de dieren overlijdt daar vroegtijdig.
Ook op het melkgeitenbedrijf schiet de zorg tekort. Sterftecijfers zijn hier echter onbekend omdat bokken jonger dan 6 maanden niet geregistreerd hoeven te worden. Bokken die binnen een half jaar sterven blijven dus vaak buiten zicht.
Gelukkig zijn er ook melkgeitenhouders die het goed doen. Ze houden de bokjes een aantal maanden op hun bedrijf, soms zelfs bij de moeder en verzorgen deze zo goed als mogelijk, ook al kost dit ze veel tijd en geld. Maar dit is helaas een kleine minderheid.
Eyes on Animals wil de melkgeitenindustrie van binnenuit veranderen, door de problemen bloot te leggen en de sector te stimuleren tot verandering. De consument en de overheid hebben uiteindelijk het laatste woord; vinden we een bedrijfstak die ongewenste dieren produceert eigenlijk nog wel acceptabel?
Eén ding is duidelijk: dieren zouden nooit gezien en behandeld mogen worden als ongewenst bijproduct.